Sandra Day O’Connor, een advocaat, politicus en jurist die een pad voor vrouwen in de wet heeft uitgestippeld nadat ze het eerste vrouwelijke lid van het hooggerechtshof van het land was geworden, is gestorven op 93-jarige leeftijd.
Volgens de verklaring van het Hooggerechtshof is O’Connor vrijdag overleden als gevolg van vergevorderde dementie (bij haar werd de ziekte van Alzheimer vastgesteld in 2018) en een luchtwegaandoening.
Opperrechter John Roberts zei in een verklaring dat O’Connor ‘een dochter van het Amerikaanse Zuidwesten’ was, en voegde eraan toe dat ze ‘een historische weg heeft geëffend als de eerste vrouwelijke gerechtigheid van ons land’.
‘Ze ging die uitdaging aan met onverschrokken vastberadenheid, onbetwistbaar vermogen en boeiende openhartigheid’, vervolgde hij. “Wij bij het Hooggerechtshof rouwen om het verlies van een geliefde collega, een fel onafhankelijke verdediger van de rechtsstaat en een welsprekend pleitbezorger voor burgerschapseducatie. En we vieren haar blijvende erfenis als een echte ambtenaar en patriot."
Op sept. Op 21 augustus 1981 doorbrak O’Connor het glazen plafond van de advocatuur en werd de eerste vrouw die werd benoemd tot lid van het Hooggerechtshof, nadat ze was voorgedragen door president Ronald Reagan. Tijdens haar 24-jarige ambtstermijn speelde ze een centrale rol op de rechtbank in verschillende belangrijke betwiste zaken, waaronder die rond abortus, positieve discriminatie en burgerrechten. Ze is vooral bekend vanwege het uitbrengen van de doorslaggevende stem in een zaak die legale abortus ondersteunde, Planned Parenthood v. Casey.
O’Connor overwon hindernissen en vooroordelen om naar het Hooggerechtshof te komen en werd daarbij een inspiratiebron voor jonge Amerikaanse vrouwen. Een aanhanger schreef haar ooit: ‘Beste rechter O’Connor: laat u niet intimideren door al die mannen en vooral door de opperrechter. Je trekt je gewaad op dezelfde manier aan.’
Ruth McGregor, voormalig opperrechter van het Hooggerechtshof van Arizona, die in 1981 griffier was voor O’Connor, zei: ‘Ze noemde zichzelf misschien geen feministe, maar ze deed dingen die vrouwen destijds niet zouden moeten doen. Ze vond dat vrouwen alles moesten doen waarvoor ze gekwalificeerd waren. Ze wilde ervoor zorgen dat vrouwen dezelfde juridische basis krijgen als mannen en dat oude stereotypen terzijde worden geschoven.”
In 2006 heeft zij trok zich terug uit het hooggerechtshof om voor haar man te zorgenen in 2009 reikte president Barack Obama haar de Medal of Freedom uit, de hoogste burgerlijke onderscheiding in de Verenigde Staten.
‘Wat voel ik me gelukkig een Amerikaan te zijn en de opmerkelijke kansen te hebben gekregen die beschikbaar zijn voor de burgers van ons land’, zei ze in een brief over haar leven. diagnose dementie in 2018. “Als jonge cowgirl uit de woestijn van Arizona had ik nooit kunnen vermoeden dat ik op een dag de eerste vrouwelijke rechter in het Amerikaanse Hooggerechtshof zou worden.”